Oefening – De kleurencirkel

Deze eerste oefening bereidt als het ware voor op de “wiel van gevoelens” oefening, die gaat over het onderzoeken van de gevoelens van de patiënt. Het doel is de patiënt kennis te laten maken met de kunstpraktijk door hem te laten wennen aan het gebruik van kleuren.

Dit komt overeen met de eerste handeling van de schilder die de kleuren op zijn palet mengt.

Het doel van de oefening is eenvoudig: uw patiënt moet de lege vakjes tussen elke primaire kleur invullen, en proberen een kleurenwiel na te bootsen. Eerlijk gezegd is de boodschap die me bijblijft dat u met slechts drie kleuren veel vrijheid kunt hebben. Deze oefening verwijst naar de innerlijke bronnen die we allemaal in ons hebben.

Neem eerst een passer, een potlood en drie viltstiften om het volgende model te maken: een lege kleurencirkel met de drie basiskleuren.

Het gaat erom vertrouwd te raken met kleuren en emoties voordat u het “wiel van emoties” aanpakt. Voor sommige patiënten is het al vele jaren geleden dat ze zich voor kleur interesseerden. Het is een oefening die vooral gedaan wordt voor mensen die geen artistiek gevoel hebben en die aanvankelijk afkerig staan tegenover het idee van creëren. Deze patiënten denken dat kleuren geen invloed op hun leven hebben, maar ze zijn gewoon niet gewend hun relatie met kleuren te observeren.

Deze oefening is ook een metafoor voor het feit dat het leven draait om variatie en nuance. Door kleuren te mengen ontdekken we het principe van waarneming en de verscheidenheid aan dimensies die in ons bestaan. De bedoeling is te laten zien dat we met drie kleuren alles kunnen doen wat we willen!

Dit onderstreept het basisidee dat we allemaal hulpbronnen in ons hebben om vooruit te komen. Een patiënt is zich er vaak niet van bewust dat hij al deze middelen tot zijn beschikking heeft. De kleurencirkel is dan een visuele voorstelling van wat hij met zijn eigen mogelijkheden kan bereiken.

Vraag uw patiënt daarom de kleuren te mengen om het kleurenwiel compleet te maken met de volgende materialen:

• Acrylverf: rood, blauw, geel.
• Borstel
• Een mengpalet
• Een sjabloon voor de kleurencirkel met de drie primaire kleuren

Vergeet niet om tijdens deze oefening met uw patiënt te praten: Vraag hem zijn gevoelens over kleuren uit te drukken – de kleuren die hij mooi vindt en de kleuren die hij niet mooi vindt. De vragen moeten eenvoudig zijn, maar ze zullen hem in staat stellen over zijn emoties te praten terwijl hij schept. Laat uw patiënt vooral wennen aan de artistieke praktijk, aan het mengen van de kleuren en er plezier aan beleven!